Patmos: mijn eiland, mijn poort naar het licht

Een bijdrage van Marion Teixeira, woonachtig op het eiland Patmos.

Hoe beschrijf je de geuren en kleuren van een land? En de geluiden? Wat maakt ons eiland zo uniek voor mij? De kleur van Griekenland zit in alles natuurlijk. Te beginnen met de vlag. Voor mij is het de kleur van de intens blauwe zee, en het heldere blauwe water. Toen ik voor het eerst naar Griekenland reisde en vanuit het vliegtuigraam die zee beneden mij zag opdoemen was het alsof mijn adem stokte. Alles viel op zijn plek, de bergen van boven af gezien, de eilanden, de zee. Die zee en de bijna altijd strakke blauwe lucht maken het licht zo fel en stralend dat het geen wonder is dat ik, ook al woon ik hier nog zolang, kan blijven fotograferen. Het licht proberen te vangen in foto’s.

Geur en geluid

En dan de geur, hoe omschrijf je de geur van een land? De geur zit hem in de zon, in de zee. Vanuit ons huis aan zee ruik ik de zee, tenminste dat verbeeld ik mij toch. De schone lucht, die ruik ik. De geur van sinaasappels en citroenen als we door de vallei van Lefkes wandelen. De geur vanuit de bakkerij. Vers brood. De geur van geroosterd vlees en vis als je langs een restaurantje loopt. En de geur van bloemen in de nacht, de overweldigende zoete geur van bloemen. En dan de geluiden. Dat is voor mij vooral het geluid van de stilte als ik op het terras van ons huis zit. De stilte kan zo overweldigend zijn. En dan ineens het geluid van een scooter op de weg ver beneden mij. Het geluid van krekels die beginnen te zingen in een mooie zomernacht. Maar ook het geluid van de ezels die midden in de nacht naar elkaar beginnen te roepen, wat ze elkaar vertellen is hun eigen geheim. Maar vooral het geluid van de zee. Het zachte geluid van golfjes die aanspoelen op het strand, zacht keitjes met zich meenemend.

Thuis

Uitzicht op ChoraPatmos is mijn poort naar het licht. Zo heb ik dat ervaren vanaf dag één dat ik voet aan land zette. Meteen toen ik vanaf de boot op de kade stapte, voelde ik de mysterieuze sfeer die op het eiland heerst. Vanaf de boot zag ik het liggen. Witte huisjes schitterden in de zon. Het klooster van Johannes ligt indrukwekkend boven de huisjes op een berg. Na al mijn rondreizen door Griekenland ben ik thuis.

Patmos is het meest noordelijke eiland van de Dodekanesos. Het heeft een omvang van 34 km², en er wonen ongeveer 4.000 mensen. In 1981 is Patmos door het Griekse parlement tot heilig eiland verklaard. In 2006 door Unesco tot werelderfgoed aangemerkt. En dat het een heilig eiland is voel je meteen als je aan wal komt. Er is iets in de atmosfeer wat moeilijk in woorden is uit te leggen. Voor mij was het alsof er een grote rust over mij was gekomen.

Johannes

Ons eiland is een pelgrimsoord. In het jaar 95 na Christus werd Johannes verbannen naar het afgelegen Patmos. Hij leefde daar in een grot waar hij een visioen kreeg, wat het beroemdste openbaringsgeschrift in de literatuur werd. De Apocalyps. De grot waar Johannes leefde is te bezichtigen, net als het later naar hem genoemde Johannesklooster. En deze plekken trekken vele bezoekers. Mensen die een dagtochtje maken vanuit Samos of Kos, maar ook mensen die een paar dagen of weken komen om zich onder te dompelen in de zuivere sfeer van het eiland. En mensen die er blijven hangen en wonen. Mensen zoals wij, mijn partner en ik. Omdat juist die pure en zuivere sfeer mij deden thuiskomen. In combinatie met de strakblauwe lucht en de zee natuurlijk.

Rust

Het eiland ligt afgelegen. We hebben geen vliegveld en wijzelf willen dat graag zo houden. De enige manier om er te komen is met de boot. In de zomer is dat niet echt een probleem. Bijna dagelijks varen er boten vanaf Samos en Kos. Ook vanaf Rhodos vaart de catamaran heen en weer. Toch moet je goed opletten en je vliegtijden aanpassen aan de boot of ergens een nachtje overnachten. In de winter is het een ander verhaal. Dan zitten we een beetje opgesloten naar ons gevoel. Drie keer per week kunnen we weg. Met de grote ferry naar Athene, wat acht uur varen is. Maar dat alles maakt dat ons eiland in zomer en winter toch redelijk rustig blijft. Dat is uiteindelijk ook heel wat waard. Omdat Patmos onder het werelderfgoed van Unesco valt mag er geen hoogbouw verschijnen. Dit maakt dat het landschap nog in zijn natuurlijke staat verkeert.

Toerisme

Het eiland is klein dus kan je overal met de bus komen. Manolis is de buschauffeur. Toen we pas arriveerden was zijn vader dat nog en konden we voor een euro het hele eiland verkennen. We ontdekten prachtige natuur, ruige berghellingen en kleine dorpjes. Natuurlijk is niet alles zo puur gebleven. Touroperators hebben het eiland tot nu toe niet ontdekt. En hoewel wij als gids in het toerisme werken, willen we het wel graag zo houden.

Bogen in de straten van PatmosDe toeristenbootjes uit Samos spugen hun mensen uit voor een dagtour en om vier uur vertrekken ze weer om het eiland in rust achter te laten. Cruiseschepen doen na Santorini ook Patmos aan, maar ook hier hetzelfde verhaal. Een rondje grot en klooster, een hoop kabaal en in de avond vertrekken ze weer. De rust keert terug.

Natuurlijk bezoeken alle toeristen de grot en het Johannes klooster in de hoofdstad Chora. Het klooster werd in 1088 gebouwd door de abt Christodoulos. Nog steeds worden er een hoop mannelijke baby’s naar hem vernoemd. Christodoulos betekent ‘werker voor God’ dus op een eiland wat zo in teken staat van de religie, is het niet vreemd dat je overal een Chris tegen komt.

Mijn eiland

Qua architectuur heeft het klooster een geheel eigen stijl. Zodra je door de prachtige poort komt sta je in een geheel wit geschilderd complex. Er wonen tegenwoordig nog een twintigtal monniken in het klooster. Chora zelf is trouwens ook zeer de moeite waard. Een wirwar van steegjes, trapjes en witte huizen. Je kunt er gemakkelijk verdwalen. In het begin deden wij dat ook, nu kennen we de weg er wel.

Waar ik hier mee begon: de geuren, kleuren, geluiden van Griekenland. Dat alles heb ik gevonden op een klein rotspuntje in zee. In de loop der jaren hebben wij natuurlijk ook een ander Griekenland ontdekt. Kon onze roze bril voorgoed in de kast. Maar de geuren, de kleuren en het geluid van de stilte zullen ons altijd blijven vergezellen.

Patmos, mijn eiland, mijn poort naar het licht.

 

Marion Teixeira

Na vele rondreizen door Griekenland raakte Marion verliefd op het eiland Patmos, waar ze lange tijd heeft gewoond op een berg dichtbij de zee. Het unieke karakter en de mysterieuze sfeer van het eiland gaf de doorslag. Zonder televisie en stress van buitenaf. Haar kijk op het Griekse leven deelt ze ditmaal vanaf Lesbos in haar gastblogs.

One thought on “Patmos: mijn eiland, mijn poort naar het licht

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *